Lieve Baeten (1954 — 2001) was de Vlaamse auteur en illustratrice achter de prentenboekenreeks Lotje, het kleine heksje dat op haar bezem in allerlei schattige situaties komt. Haar boekjes werden vertaald in 20 talen.
Hoe het begon
Op 24 oktober 1954 wordt Lieve Baeten als vierde uit een gezin van zeven kinderen geboren in het Limburgse Zonhoven. Wanneer Lieve naar de middelbare school moet, trekt ze naar Hasselt. Ze blijkt er aanleg te hebben voor wiskunde en tekenen. Daarom krijgt Lieve het advies om architectuur te gaan studeren. Zo schrijft ze zich in voor een studie aan het Provinciaal Hoger Instituut voor Architectuur in Hasselt. Na twee jaar gaat ze op zoek naar een andere studierichting. Zo komt Lieve in Antwerpen terecht. Daar begint ze aan de studie Grafische Vormgeving aan de Academie voor Schone Kunsten. De specialisatie Literaire Illustratie krijgt er haar voorkeur. Wanneer ze met enkele medestudenten een reis naar de kinderboekenbeurs van Bologna maakt, beseft ze dat hierin haar toekomst ligt. In 1976 trouwt ze met Koen Fossey (°1953).
Een jaar na hun huwelijk, in 1977, breidt het prille gezin zich uit. Hun eerste kind is een zoon. Wietse wordt geboren op 11 mei. Naast het huwelijksleven en de opvoeding van haar zoon staat ook het behalen van haar diploma op het programma. Haar eindwerk weidt ze aan kinderboeken en in 1979 behaalt ze haar diploma.
De Frans – Belgische (Parijs – Gembloux) uitgeverij Duculot toont interesse in haar afstudeerproject. Deze uitgeverij is bereid haar eindwerk uit te geven. Zo wordt in 1980 al een grote droom van Lieve, een eigen prentenboek maken, werkelijkheid. Het krijgt de titel Le vieux miroir. Spijtig genoeg kent het prentenboek geen groot succes. Toch eindigt dat jaar niet in mineur voor Lieve. De geboorte van haar dochter, Kobie, kondigt zich aan. Ondertussen is het gezin Fossey-Baeten van Antwerpen naar het Limburgse Munsterbilzen verhuisd.
Dat het geen illustratieopdrachten regent, wordt Lieve al snel duidelijk. Daarom leggen zij en haar man zich toe op tekenwerk voor plaatselijke reclamebureaus en illustraties voor tijdschriften als Flair, Libelle en Ouders van nu.
Een eerste carrièrewending vindt plaats in 1982. Lieve en haar echtgenoot worden medewerkers aan de filmstudio Carabosse van Etienne Delessert in Lausanne, Zwitserland. Dit werk neemt enkele maanden in beslag, maar vormt een leerrijke periode.
Lieves eerste grote professionele doorbraak komt er in 1984. Uitgeverij Averbode biedt haar de gelegenheid om hun tijdschriften te illustreren: Zonnekind, Zonnestraal, Zonneland, Doremi en Dopido. Sommige jeugdboeken van Altiora Averbode worden tevens versierd met haar illustraties.
De kans die ze bij Uitgeverij Averbode krijgt, is een gelukkige zaak voor Lieve. Ze heeft er dingen kunnen uitproberen, maar heeft er ook leren nadenken over haar werk. Ze moet er immers illustreren voor een bepaald doelpubliek. Het ontwikkelingsproces dat ze bij Uitgeverij Averbode doormaakt, bezorgt haar nieuwe illustratieopdrachten.
Van de periode 1985 tot en met 1992 krijgt Lieve immers geleidelijk meer illustratieopdrachten voor kinderboeken en jeugdtijdschriften. Ze werkt dan zelfstandig als illustratrice voor Altiora Averbode, uitgeverij Clavis te Hasselt, Infodok Leuven en Zwijsen in Tilburg.
In deze periode verhuist het gezin naar het ouderlijke huis in het centrum van Zonhoven. Het atelier van Lieve en haar man bevindt er zich in de vroegere elektriciteitswinkel van haar vader. Wanneer Lieve en Koen in 1990 tien jaar met het vak bezig zijn, willen ze dat graag op een gepaste manier vieren. Daarom richten ze een overzichtstentoonstelling in: Parels voor de kleinen.
Een jaar later, in 1991, krijgt Lieve Baeten een grote opdracht van Uitgeverij Zwijsen. Ze maakt de illustraties voor de leesmethode Veilig leren lezen. Haar creaties bekleden op die manier verschillende eerste klassen in Vlaanderen en Nederland. Met haar tekeningen hebben heel wat zesjarigen leren lezen.
Een bezoek aan de kinderboekenbeurs van Bologna in 1986 zorgt voor een belangrijke ommekeer bij Lieve. Ze maakt er kennis met Thé Tjong-Khing, een bewonderend illustrator. Hij geeft haar een waarschuwing. Ze krijgt de raad te stoppen waarmee ze bezig is en een andere weg in te slaan en haar droom te volgen. Lieve schrikt ervan, maar neemt deze raad toch ter harte. Dit betekent de aanzet tot haar uiteindelijke complexe tekenstijl. Het advies uit Bologna laat zijn sporen na.
Enkele jaren later, in 1992, gooit ze het over een andere boeg. Hiermee vindt Lieves grote doorbraak plaats. Haar droom wordt nu werkelijk ingevuld, en met succes. Voor uitgeverij Clavis mag ze haar eigen prentenboek maken. Zowel het concept, de illustraties als de tekst zijn van haar hand. Het prentenboek over een nieuwsgierige heks Lotje is hiervan het resultaat. Het eerste avontuur van Lotje zorgt ook voor een internationale doorbraak. In 1993 krijgt Nieuwsgierige Lotje een speciale vermelding op de boekenbeurs van Bologna. De kinderjury prijst de originaliteit van de illustraties die door een vernuftig systeem van uitsneden uitnodigen tot creatief kijken. Ook de magische sfeer maakt indruk.
In 1993 wordt het bekroond met een Boekenpauw, ook wel de Yvonne Gillé-Decoeneprijs. Een jaar later verdient het de prijs van de Kinder- en Jeugdjury Limburg in de categorie zes- tot achtjarigen. Bij de noorderburen prijzen ze dit prentenboek al in 1992. Het verdient er de 100ste Pluim van de maand.
Ondertussen is het boek al in 20 talen vertaald. Zo kan het prentenboek onmiddellijk rekenen op internationale belangstelling.
Na het succes van Lotje is de bal echt aan het rollen. Uitgeverij Clavis geeft haar ‘carte blanche’ voor meer werk. Zo creëert ze in 1993 twee nieuwe figuurtjes, Tom en Nina. Over dit duo zijn dat jaar vier peuterboeken verschenen. In 1994 ontstaat dan het tweede boek van de heks Lotje, Lotje is jarig. Het jaar erna is het weer de beurt aan vier boeken over Tom en Nina. Zo besteedt Lieve om het jaar aandacht aan nieuwe verhalen over haar eigen creaties.
In 1998 verschijnt het laatste Lotje boek dat volledig van haar hand is. Lotje moet in 2000 immers plaatsmaken voor het prentenboek Kleine Draak. Ook opdrachten voor buitenlandse uitgeverijen slaat Lieve niet af. In de jaren ’90 van de twintigste eeuw gaat ze in zee met het Duitse Oetinger Verlag.
Ook aan de andere kant van de oceaan wordt er interesse getoond in het werk van Lieve. Voor een Amerikaanse uitgeverij illustreert ze een kinderboek van Dian Curtis Regan (°1950): The 13 Hours of Halloween. Dit boek pleziert sinds 1993 de Amerikaanse kinderen.
In 2000 gaat het op persoonlijk vlak wat minder voor de wind met Lieve. Zij en haar man kunnen niet meer verder samen. Ze beslissen om elk hun eigen weg te gaan.
Op 15 oktober 2001 slaat het noodlot helemaal toe. Lieve Baeten overlijdt aan de gevolgen van een verkeersongeval. Toch ontstaat in 2003 nog een laatste prentenboek over Lotje. Lieve laat immers een nieuw verhaal over Lotje met wat schetsen en enkele afgewerkte tekeningen achter. Haar zoon, Wietse Fossey, heeft het werk van zijn moeder voltooid aan de hand van grafische computertoepassingen. Zo is na een jaar werk Slimme Lotje ontstaan.
Lieve Baeten is een vaste waarde onder de Vlaamse illustratoren. Ze is een van de meest populaire en best verkopende illustratoren van Vlaanderen. Met haar tekenwerk heeft ze een stevige reputatie opgebouwd. Hierbij heeft ze het imago van de illustrator die op belangrijke wijze het gezicht van een boek bepaalt, weten te verstevigen. Daarnaast levert ze het bewijs dat het illustreren van kinderboeken een volwaardige baan is. Ze heeft bovendien getoond dat het mogelijk is om vanuit een klein taalgebied een stukje van de wereld te veroveren met tekeningen. Zo heeft ze de weg geopend voor vele jonge illustratoren.
Het ontstaan van het figuurtje Lotje
Het idee om een prentenboek over een heks te maken, is niet erg vanzelfsprekend. De figuur van een heks is immers een schrikwekkend personage voor kleine kinderen. Kinderen kennen de heks voornamelijk uit sprookjesverhalen. Deze sprookjes behoren tot het oudste cultuurgoed. De meeste sprookjesboeken bevatten illustraties. Deze illustraties versterken het beeld van de lelijke heks als slecht personage. Ook verschillende tekenfilms spelen hierop in. Vooral Walt Disney heeft verscheidene sprookjes verfilmd. De beangstigende heks krijgt hierin geregeld een hoofdrol. Om dit beeld te ontkrachten bij jonge kinderen is heel wat durf en moed nodig. Een prentenboek mikt immers op een erg jong publiek. Lieve Baeten deinst niet terug voor deze uitdaging.
Toch is Lieve niet de eerste die in een prentenboek de hoofdrol aan een heks geeft. Denk maar aan Platvoetje uit 1986, van Dieter (°1947) en Ingrid (°1953) Schubert. Lieve Baeten haalt de mosterd echter niet bij haar voorgangers. De figuur van Lotje de heks is immers tot stand gekomen door haar dochter, Kobie. Als kind speelde ze vaak heks met een vriendin. Ze dosten zich volledig uit. Wanneer Baeten hiervan foto’s terugvindt, bruist het idee om zelf heksen te gaan tekenen. Ze wil evenwel afwijken van de traditionele heksen en haar heksenwereld wordt bevolkt met leuke heksen. Het is een fijne wereld. Heksen zijn voor haar geen enge, lelijke vrouwen. De eerste heks die ze tekent, is een grote heks. Daarna wordt haar ontwerp steeds kleiner. Zo is Lotje geboren.
De tijdschriften van Averbode spelen een cruciale rol in dit verhaal. Baeten gebruikt dit medium om haar heks te testen. Hiermee krijgt ze een idee hoe kinderen op de tekeningen reageren. In een editie van Doremi en Zonnekind toont ze reeds een doorsnede van een heksenhuis. Wanneer in 1992 bij Clavis Nieuwsgierige Lotje uitgegeven wordt, is hierin een gelijkaardige afbeelding terug te vinden. De afbeelding in het boek is meer uitgewerkt en toont meer details. Door de appreciatie die Baeten bij Uitgeverij Averbode geniet, durft ze de stap zetten om zelf boeken te gaan maken. Na het proefproject in de tijdschriften van Averbode, is het de beurt aan een uitgeverij die potentieel ziet in het verhaal van de nieuwsgierige heks Lotje. Dit is uitgeverij Clavis.
Hoe een Lotje boek tot stand komt
Voordat het prentenboek in de winkel ligt, vindt er een lang en intensief proces plaats. Het vertrekpunt van dit proces ligt bij Lieve zelf en de dingen die in haar leefwereld plaatsvinden. Hiermee komt een denkproces op gang. Het denken gebeurt bij haar in beelden, niet in woorden. Dit denken in beelden vertrekt vanuit een bepaalde gebeurtenis. Zo wil ze voor haar eerste Lotje boek een huis met veel heksen. Elke heks is anders. Vanuit deze gedachte groeit het verhaal. Voor het tweede boek over Lotje wil Lieve iets met veel winkels. Lotje loopt in en uit elke winkel. Dat beeld vormt de basis en daaruit groeit een verhaal verder. Wanneer dit begin er is, vertrouwt Baeten erop dat het verhaal in zijn plooi zal vallen.
De fase die hierop volgt, kent een moeizaam verloop. Baeten moet een mooi samenhangend geheel van het verhaal maken. Hierbij moet ze op de juiste plaatsen spanningsmomenten inbouwen. Dit is niet altijd even eenvoudig. Er ontstaat een fase van zoeken en twijfelen. In het begin toetst ze het verhaal aan de mening van haar man, illustrator Koen Fossey en aan de uitgever. Wanneer deze groen licht geven, gaat ze over naar de volgende stap: het verhaal omzetten in beelden.
Voorbereidende schetsen voor ‘Lotje is jarig’ in verschillende fases.
Ook deze fase bestaat vooral uit zoeken, zoeken en nog eens zoeken. Dit uit zich in het maken van veel schetsen en maquettes. Aan elke illustratie gaan meerdere schetsen vooraf. Samen vormen deze schetsen een dummy. Met dit demonstratiemodel stapt ze naar de uitgever voor overleg. Er wordt rekening gehouden met de beoogde doelgroep (vier tot zes jaar) en meestal blijft daarna slechts één vierde van de dummy over. De rest is niet goed genoeg en moet plaatsmaken voor nieuw materiaal. Al dit voorbereidende materiaal bewaart ze zorgvuldig. Elk boek heeft zo een eigen doos vol schetsen en ander voorbereidend materiaal.
Doordat Lieve erg perfectionistisch is, verloopt dit proces alles behalve snel. Ze piekert lang over de juiste verhaalstructuur en compositie. De inhoud van het uiteindelijke verhaal moet sterk, evenwichtig en logisch zijn.Ook de details zijn heel erg belangrijk. Bij de afwerking van de prenten legt ze de tekeningen aan kinderen voor. Kinderen wijzen immers soms op details waar ze zelf als volwassene aan voorbij gaat zoals een deurbel die te hoog staat. Daarnaast probeert ze verschillende niveaus te leggen in haar tekeningen. Het zijn complexe beelden, waarin altijd een nieuw detail kan worden ontdekt. Ook kleine grappen horen thuis in haar illustraties. Deze zijn daarom pas geslaagd als ze een gevoel of een reactie opwekken. Wanneer Baeten het gevoel heeft dat ze het onderste uit de kan heeft gehaald, dat ze echt niet beter kan, dan is het werk voor haar af.
Pas wanneer het draaiboek klopt, begint Lieve dit in het net over te tekenen. Daarna kan ze aan de afwerking beginnen. In dit stadium zet ze de tekeningen in kleur. Hiervoor werkt ze met waterverf. Deze techniek geeft haar de mogelijkheid om laag over laag te werken waardoor ze de juiste sfeer en emoties kan overbrengen.
Wanneer de illustraties af zijn, wordt de tekst toegevoegd. Dit vindt Lieve het moeilijkste aspect aan de creatie van een prentenboek. De tekst moet immers vlot verteld kunnen worden. Belangrijk is dat de tekst begeleidend werkt. Het beeld blijft primair, de tekst is daarop een aanvulling. De tekst begeleidt de beelden, niet omgekeerd. Gelukkig hebben haar tekeningen weinig tekst nodig. Hierdoor kan deze eenvoudig blijven. Omdat ze geen geoefende schrijfster is, laat ze haar zinnen bijschaven door vriendin Riet Wille (°1954). Riet Wille zit ook in het vak, ze is auteur van kinder- en jeugdboeken. De uiteindelijke tekst leest ze dan aan kinderen voor. Hierdoor heeft ze een idee hoe de doelgroep reageert. Zo kan het boek, na ongeveer zes maanden werk, haar tekentafel verlaten.
Nieuwsgierige Lotje verschijnt in 1992. Twee jaar later, in 1994, siert Lotje is jarig de rekken van de boekenwinkel. In de winter van 1996 verschijnt De kerstboom van Lotje. Lotje en de Heksenprinses komt in 1998 uit. Slimme Lotje vormt het einde van de verhalen over deze heks. Het is sinds 2003 te vinden in de boekenwinkels. Dit laatste prentenboek wordt postuum uitgegeven. Haar zoon, Wietse Fossey, heeft het voorbereidende materiaal van zijn overleden moeder verwerkt tot dit prentenboek. Met respect voor de stijl en de intenties van zijn moeder is Slimme Lotje ontstaan.
Lieve bereikt met het maken van een eigen prentenboek nieuwe grenzen in Vlaanderen. Weinig illustratoren hebben haar dat voorgedaan.
Bibliografie van eigen werk
- Baeten, Lieve, Le vieux miroir, Parijs – Gembloux, Duculot, 1980.
- Baeten, Lieve, Nieuwsgierige Lotje, Hasselt, Clavis, 1992.
- Baeten, Lieve, Nina en de sokjes, Hasselt, Clavis, 1993.
- Baeten, Lieve, Nina en de banaan, Hasselt, Clavis, 1993.
- Baeten, Lieve, Tom en het potje, Hasselt, Clavis, 1993.
- Baeten, Lieve, Tom en de pyjama, Hasselt, Clavis, 1993.
- Baeten, Lieve, Lotje is jarig, Hasselt, Clavis, 1994.
- Baeten, Lieve, Een hapje voor Nina, Hasselt, Clavis, 1995.
- Baeten, Lieve, Kleertjes voor Nina, Hasselt, Clavis, 1995.
- Baeten, Lieve, Tom gaat naar bed, Hasselt, Clavis, 1995.
- Baeten, Lieve, Waar is Tom?, Hasselt, Clavis, 1995.
- Baeten, Lieve, De kerstboom van Lotje, Hasselt, Clavis, 1996.
- Baeten, Lieve en Riet Wille, Tom en Nina … Aapje doet mee, Hasselt, Clavis, 1997.
- Baeten, Lieve en Riet Wille, Tom en Nina … Bibberbang, Hasselt, Clavis, 1997.
- Baeten, Lieve en Riet Wille, Tom en Nina … Blauwe handjes, Hasselt, Clavis, 1997.
- Baeten, Lieve en Riet Wille, Tom en Nina … Snoep op stokjes, Hasselt, Clavis, 1997.
- Baeten, Lieve, Lotje en de Heksenprinses, Hasselt, Clavis, 1998.
- Baeten, Lieve, Kleine Draak, Hasselt, Clavis, 2000.
- Baeten, Lieve en Wietse Fossey, Slimme Lotje, Hasselt, Clavis, 2003.
Van 2010 tot 2015 werden de avonturen van Lotje door Manteau uitgegeven.
Hierna verhuisde Lotje naar De Eenhoorn.
Meer info over de heruitgave van de boeken vind je hier.
Hier huist ze samen met haar nichtje Eefje Donkerblauw
Eefje bij De Eenhoorn
Speel spelletjes met Eefje!
Bibliografie van geïllustreerde boeken
Altiora Averbode
- Mebs, Gudrun, Jan Klaasen speelt niet meer mee, Averbode, 1985.
- Sterck, Marita de, Sander en de kippen, Averbode, 1985.
- Tock, Annelies, Windenkind, Averbode, 1985.
- Dreesen, Jaak, Het jongensbed, Averbode, 1986.
- Maecker, Gudrun, Anna en de duizendpoot, Averbode, 1986.
- Dreesen, Jaak, Ik weet zeker dat ik ooit beroemd word, Averbode, 1987.
- Taylor, Cora, De pop, Averbode, 1988.
- Dreesen, Jaak, Bas gaat naar school, Averbode, 1989.
- Tock, Annelies, Met opa op de slee, Averbode, 1995.
Clavis
- Vanpol, Mieke, Ben je betoeterd, opa?, Hasselt, 1986.
- Vanpol, Mieke, Het etiket van juffrouw Jet, Hasselt, 1987.
- Vanpol, Mieke, Zes onder zeil, Hasselt, 1988.
- Vanpol, Mieke, Uniek exemplaar!, Hasselt, 1991.
- Ferguson, Alane, Een hond uit het asiel, vert. uit het Engels door Hilde Vandeweghe, Hasselt, 1992.
- Mol, Sine Van, Geluk in een papiertje, Hasselt, 1992.
- Stefan, Boonen, Halloween , Hasselt, 2002.
Uitgeverij Zwijsen
- Vries, Anke de, Wat een mop, Tilburg, 1986.
- Hafkamp, Corrie, Het raadsel van de hond, Tilburg, 1987.
- Peters, Lidy, Je hebt me verraden, Tilburg, 1987.
- Kat, Lian de, Mijn baas liegt, Tilburg, 1988.
- Eeden, Maria van, Post voor Jona, Tilburg, 1989.
- Gort, Geertje, De man met de flaphoed, Tilburg, 1989.
- Gort, Geertje, Weg met dat beest, Tilburg, 1990.
- Loon, Paul van, Het verhaal van Rik, Tilburg, 1991.
- Mommers, C., L. Verhoeven en S. van der Linden, Veilig leren lezen 1, Tilburg, 1991.
Infodok
- Elias, Bettie, Papa is een grote lummel!, Leuven, 1987.
- Elias, Bettie, Blubberpudding, Leuven, 1988.
Lannoo
- Luenn, Nancy, Eenhoorns bestaan niet, Tielt, 1988.
De Eenhoorn
- Kockere, Geert De, Eefje Donkerblauw, Wielsbeke, 1992.
Deltas
- Künzler-Behncke, Rosemarie, Onze kleuter gaat voor het eerst naar school, Aartselaar, 1997.
- Künzler-Behncke, Rosemarie, Ga je mee naar school?, Aartselaar, 2003.
De Ruiter
- Smits, Heidi, Pannekoeken bakken, Gorinchem, 1992.
- Albert Whitman & Compagny
- Curtis Regan, Dian, The 13 Hours of Halloween, Morton Grove, 1993.
Oetinger Verlag
- Obrecht, Bettina, Hier wohnt Gustav, Hamburg, 1996.
- Scheffler, Ursel, Paula will eine Brille, Hamburg, 1996.
- Scheffler, Ursel, Paula sieht Gespenster, Hamburg, 1997.
- Scheffler, Ursel, Paula geht zur Schule, Hamburg, 1998.
- Scheffler, Ursel, Paula und das Räuberfest, Hamburg, 1999.
- Scheffler, Ursel, Paulas sieben Haustiere, Hamburg, 2001.
- Arro, Lena, Lieve Baeten, Kirsten Boie, e.a., Mein Bilderbuchschatz. Von Drachen, Bären und schönen Träumen, Hamburg, 2006.
Tot op heden
Na haar overlijden hebben haar kinderen het beheer van de rechten op zich genomen. Wegens het grote succes van de 5 verhalen zijn verschillende versies op de markt gebracht:
Karton boek
- Baeten, Lieve, Nieuwsgierige Lotje, Hasselt, Clavis, 2003.
- Baeten, Lieve, Lotje is jarig, Hasselt, Clavis, 2005.
Mini boekje
- Baeten, Lieve, De kerstboom van Lotje, Hasselt, Clavis, 2002.
- Baeten, Lieve, Lotje is jarig, Hasselt, Clavis, 2004.
Pop-up boek
- Baeten, Lieve, Nieuwsgierige Lotje, pop-up versie, Antwerpen, Manteau, 2010.
- Baeten, Lieve, Een kerstboom voor Lotje, pop-up versie, Antwerpen, Manteau, 2010.
Zoek boek
- Baeten, Lieve, Lotje tovert – Het grote zoekboek, Antwerpen, Manteau, 2011.
De Eenhoorn
In 2008 besloten we een punt te zetten achter de samenwerking met Clavis.
In 2015 Verhuist Lotje naar De Eenhoorn, waar ze gaat samenwonen met Eefje Donkerblauw.
Onder het beheer van De Eenhoorn uitgeverij verscheen ook:
- Goeminne, Siska, springversjes & tuimelgedichten, Wielsbeke, De Eenhoorn, 2011.
- Goeminne, Siska, Knuffelwoordjes & zoenzinnen, Wielsbeke, De Eenhoorn, 2012.
Over Lieve Baeten en de vele lichtjes die in haar werk branden
Majo de Saedeleer
Nationaal Centrum voor Jeugdliteratuur
Mijn eerste kennismaking met Lieve Baeten dateert van mijn eerste bezoek aan de Kinderboekenbeurs van Bologna, samen met Kris Aertssen. Na mijn tweede Bolognabeurs bleven we met zijn drieën nog een paar dagen in Italië. Wij gingen samen naar Firenze en Lieve en Kris leerden me kijken naar de schoonheid van die stad, naar de kwaliteit van het papier dat ze kochten en naar het motiefje in de stof van de hemden die ze meenamen voor hun mannen.
Het was meteen ook een kennismaking met de blijdschap en de verwarring van Bologna, waar Lieve bewonderde meesters in de illustratie ontmoette. Ik herinner me hoe ze een keer van één van hen een reprimande kreeg. Ze moest ophouden met te doen wat ze aan het doen was. Binnenkort zou ze niets anders meer kunnen, zei hij, Ze schrok ervan maar nam het ter harte. In het Lexicon van de Jeugdliteratuur lees ik dat Lieve na een bezoek aan de Boekenbeurs van Bologna besloot zich uitsluitend op boekillustratie toe te leggen.
Ze deed méér, ze maakte een prentenboek. Iets wat haar in die tijd nog maar weinig Vlamingen hadden voorgedaan. Eigenlijk alleen maar Koen, denk ik.
Lieve Baeten werd één van de eerste sterren van de jonge uitgeverij Clavis in het begin van de jaren negentig.
Enkele jaren later waren we er allemaal bij om te juichen toen ze in Bologna de prijs van de Critici in Erba kreeg voor haar Nieuwsgierige Lotje.
De boeken van Lieve gaan over thuis en weg van huis, over speelse nieuwsgierigheid en glimlachjes (niet over schaterlachen), over fantasie en verrassingen. Over de huiselijkheid van de was aan de lijn, een bal in de dakgoot, pantoffels met een poezensnuitje, overversgebakken koekjes en over de wind in je haren als je door de lucht vliegt – een heksje kan dat – over lichtjes die achter ramen branden. Er branden heel veel lichtjes in de landschappen en de interieurs van Lieve.
Haar boeken gaan over warmte én avontuur.
Getuige daarvan de liefde waarmee ze panorama’s schildert en de beweeglijke vrijheid van haar figuurtjes. Lotje vliegt, net als de draken in Lieve’s laatste boek. Het kind met de brutale toet in Kleine draak is niet bang te krijgen. Die houding en de onbevangen durf van Lotje maken meteen ook de charme van de boeken uit. En misschien wel de droom van Lieve.
Je hoort wel eens beweren dat auteurs hun boeken als hun kinderen beschouwen. Een cliché misschien. In elk geval zat ik vaak verbaasd te luisteren hoe Lieve over Lotje praatte als over een bestaand wezen.
Ik denk dat ik nu wel mag vertellen dat Lieve me een paar jaar geleden vroeg om één van haar Lotje boeken op taal na te lezen en te redigeren. Ik leefde me uit, rijmelde erop los en voelde mij nog maar één stap van het dichterschap verwijderd.
Lieve zat er verlegen mee, maar tegelijk was ze heel vastberaden. Ik werd hartelijk bedankt voor de moeite, maar zo praatte ‘haar’ Lotje niet. Telkens weer dwong ze zich om haar verhalen te durven presenteren aan uitgevers en redacteurs. Ze was gebrand op hun hulp en advies maar tegelijk was ze wantrouwig omdat ze door hun raad op te volgen te ver weg zou kunnen dwalen van ‘haar’ Lotje.
Even zorgzaam gedroeg ze zich als de kans zich voordeed haar figuurtjes te commercialiseren. Ze wilde inspraak in elk detail, in de kwaliteit van de materialen, in de keuze van de producten.
Als ze makkelijker was geweest in die zaken had ze veel geld kunnen verdienen, maar rommel interesseerde haar niet.
Ze was de moeder van Lotje, angstvallig wakend over het welzijn van haar kind. En maar heel weinig was goed genoeg voor dat kind. Ik heb de grote eer genoten dat ze mij de laatste jaren haar ideeën vertelde, zodat ik een beetje naar binnen heb mogen kijken in het atelier binnen in haar hoofd.
Achter de schijnbare lichtvoetigheid van haar werk en het bedrieglijke gemak van haar tekeningen, verschool zich een ernstig kunstenaar, een perfectionist die eerst maandenlang piekerde over de verhaalstructuur en later over de compositie. Daarna werd elke tint, elke beweging en elke gelaatsuitdrukking het resultaat van overleg. Elk detail vroeg om een beslissing. Van zoeken en twijfelen getuigen de vele schetsen en de maquettes die aan het échte begin voorafgingen. En tóch was haar werk niet cerebraal, maar het resultaat van heel aandachtig en liefdevol kijken. Ze vertelde een keer dat ze uren met haar schetsboek op een krukje voor het kippenhok had gezeten omdat ze kippen moest tekenen.
Bijzonder goed heeft ze naar kinderen gekeken. Ze kende ze en luisterde naar hen. Dat mag dan niet modieus zijn, maar gekoppeld aan haar voldragen vakmanschap en haar veeleisende kunstenaarsziel won het haar internationale erkenning. De Lotje-boeken werden in 14 talen vertaald.
Met haar engelachtig voorkomen was Lieve Baeten een pracht van een vrouw en een hartelijk mens die haar kwetsbaarheid had weten om te bouwen tot verfijnde gevoeligheid en belangstelling voor anderen.
Tegelijk en vooral was ze een pracht van een kunstenaar: kwetsbaar en sterk tegelijk zoals alleen échte kunstenaars dat zijn.
U moet het mij maar niet kwalijk nemen, lezer, dat ik van dit in memoriam ook enigszins een ik-verhaal heb gemaakt. Vóór je van een geliefde afscheid kan nemen, druk je ze immers nog eens dicht tegen je aan.
Marita Vermeulen laat haar licht schijnen op het werk van Lieve
Marita Vermeulen
Uitgever bij De Eenhoorn
Volgt binnenkort!
Met dank aan…
Nele Lambrechts
Licentiaat in de Kunstwetenschappen
Zij bracht al deze informatie en meer onder in haar thesis i.f.v. het behalen van haar diploma ‘graad van Licentiaat in de Kunstwetenschappen’ in 2007. Graag willen wij haar bedanken voor het bundelen en uitschrijven van deze informatie.
Download hier haar volledige werk (50MB).
Wanneer teksten of beelden worden overgenomen, vragen wij u deze bron te vermelden.